Hoe wordt bepaald dat een patiënt een functionele bewegingsstoornis heeft?

 

Het onderzoek

De diagnose functionele bewegingsstoornis, met klachten zoals trillen (tremor), schokken, standsafwijking, gelaatsspasmen en verlamming, wordt bij voorkeur gesteld door een neuroloog. Dit gebeurt op basis van het gesprek met de patiënt en het lichamelijk onderzoek in de spreekkamer (met lichamelijk onderzoek bedoelen we het onderzoek waarbij o.a. de spierkracht, uw gevoel en de reflexen worden getest). Er wordt gelet op kenmerken en symptomen die passen bij functionele stoornissen, zogenaamde positieve symptomen. Het is dus niet zo dat de diagnose gesteld wordt omdat er niets anders wordt gevonden. 

'Moet er dan niet een hersenscan worden gemaakt of ander onderzoek worden gedaan om andere ziekten uit te sluiten?'

Andere ziekte uitsluiten

Gezien de diagnose wordt gesteld op basis van kenmerken en symptomen die passen bij een functionele bewegingsstoornis, hoeven er meestal geen andere ziekten uitgesloten te worden. Patiënten zijn soms bang dat er sprake is van een andere ziekte, zoals de ziekte van Lyme of MS en willen dan graag dat hier onderzoek naar gedaan wordt. Echter, als de diagnose functionele bewegingsstoornis duidelijk is door het lichamelijk onderzoek en kenmerken van de klachten, hoeft er meestal geen onderzoek gedaan te worden of er niet iets anders aan de hand is: de bevindingen passen dan bij een functionele bewegingsstoornis, en niet bij een andere aandoening.

Soms wordt er wel verder aanvullend onderzoek gedaan, in de vorm van een hersenscan of zenuw/spieronderzoek. Een normale scan past bij de diagnose functionele stoornis. Als er wel afwijkingen op de scan gevonden worden kan dat betekenen dat er de diagnose functionele bewegingsstoornis niet klopt, maar veel vaker betekent het dat de patiënt zowel een functionele bewegingsstoornis heeft als een andere aandoening.

Veel patiënten met functionele stoornissen hebben twijfels over de diagnose. Ze zijn bezorgd dat er misschien iets gemist is. Twijfel over de diagnose kan voor veel onrust zorgen. Begrip van de manier waarop de diagnose is gesteld, kan erg helpen om die twijfel weg te nemen.

Soms wordt die twijfel veroorzaakt door onduidelijkheid vanuit artsen en andere hulpverleners. Sommige artsen vinden het bijvoorbeeld moeilijk om de diagnose te stellen of leggen niet goed uit waarom de diagnose functionele bewegingsstoornis is gesteld. Gelukkig wordt steeds vaker de diagnose wel herkend door neurologen en andere artsen.

Ervaringen van patiënten

Bekijk hieronder een filmpje over drie patiënten met een functionele bewegingsstoornis, die vertellen over hun ervaring met de diagnose van functionele stoornissen. Uit de interviews blijkt dat veel patiënten een lange tijd geen duidelijke diagnose hebben gekregen en dat ze het soms moeilijk vinden uit te leggen wat er precies aan de hand is.

© Al het materiaal op deze website staat onder copyright en mag zonder toestemming niet gekopieerd en gebruikt worden.