Het verschilt sterk hoe ernstig patiënten met functionele stoornissen zijn aangedaan. Daarom zijn sommige patiënten ondanks hun klachten nog steeds aan het werk, terwijl anderen hun werk niet meer kunnen doen. Hier leest u meer over omgaan met werk.

De informatie op deze pagina is grotendeels gebaseerd op ‘Fit For Work’. ‘Fit for Work’ is een programma van het Centrum Werk Gezondheid (www.centrumwerkgezondheid.nl). Het is gericht op onderzoek en advies over ziekte en werk. ‘Fit For Work’ is bedoeld voor mensen met een chronische spier- en/of gewrichtsaandoening. De professionele adviezen zijn net zo bruikbaar voor functionele stoornissen, ondanks dat die daar strikt genomen niet onder vallen. Hiernaast kunt u de folder downloaden van fit for work.

Sommige patiënten met functionele bewegingsstoornissen zijn aan het werk, anderen ‘zitten in de ziektewet’ en weer anderen zijn gestopt met werken. Patiënten willen vaak graag blijven werken. Werk is niet alleen nodig voor inkomen, maar geeft mensen vaak ook een gevoel van voldoening en een dagelijks ritme. Ook hebben veel patiënten sociale contacten op het werk die ze niet graag missen. Aan de ene kant maken de klachten het werken vaak moeilijk. Aan de andere kant zorgt werken voor lichamelijke en geestelijke afleiding en inspanning, wat de klachten vaak juist verbetert. Daarom is het belangrijk om wel te proberen of het mogelijk is te blijven werken.

Werken met een functionele stoornis is mogelijk, maar vaak zijn er wel bepaalde aanpassingen nodig. Hierover moeten afspraken worden gemaakt tussen de werkgever en de werknemer. De bedrijfsarts is hier vaak ook bij betrokken. Hoe eerder de afspraken en aanpassingen worden besproken hoe beter, want een lange periode zonder werk maakt het moeilijk om weer te beginnen.

Tips van Fit For Work voor de werknemer/patiënt

1. Blijf zoveel als mogelijk aan het werk.

2. U hoeft niet tegen uw werkgever of collega’s te zeggen wat u precies heeft, maar het kan wel erg helpen om meer begrip en duidelijkheid te krijgen. Het is bijvoorbeeld erg belangrijk om te bespreken wat u wel en niet kunt doen en wat u nodig heeft.  

3. Als er op uw werk vragen zijn over de diagnose kunt u deze website laten lezen.

4. Bespreek met uw specialist de mogelijke gevolgen van de aandoening en de behandeling voor het werk. Denk ook aan de effecten van medicijnen (concentratie, alertheid).

5. Vraag eventueel aan de bedrijfsarts contact op te nemen met uw specialist om mogelijke gevolgen van de aandoening en behandeling voor het werk te bespreken. Dit kan alleen met uw toestemming.

6. Als u (deels) kunt werken: let er op dat het werk bij u past. Let op dat u niet te belastend werk doet of werk dat te weinig uitdaging van u vraagt.  

7. Als u niet kunt werken: blijf in contact met het werk. Bespreek wat er aan uw collega’s wordt verteld en bedenk een oplossing om uw collega’s wel regelmatig te blijven zien.  

8. Blijf werken aan uw conditie. Als u minder onderneemt, gaat de conditie vaak achteruit. Dat zorgt vaak voor meer problemen. Ook zitten mensen die weinig bewegen vaak minder goed in hun vel.

Tips voor de werkgever

1. Als leidinggevende heeft u grote invloed op iemands werkvermogen: vraag uw werknemer wat hij kan en wil doen.

2. Ga samen met uw werknemer na welke mogelijkheden er zijn om zoveel als mogelijk aan het werk te blijven of gedeeltelijk te blijven werken.

3. Voorkom dat uw werknemer (volledig) ziekteverlof aanvraagt en u beiden te maken krijgt met de Wet Poortwachter (en de financiële gevolgen ervan). Zie meer over de wet poortwachter in de folder

4. Met toestemming van de werknemer kan de bedrijfsarts contact op nemen met de behandelend arts. Als u zelf specifieke vragen heeft over functionele stoornissen, kunt u ook aan de patiënt toestemming vragen zelf met de specialist te spreken, of via de bedrijfsarts specifieke vragen stellen.

5. Vraag de bedrijfsarts of een andere deskundige om gericht advies over het werkvermogen van de werknemer. Bespreek in een driegesprek met de werknemer, bedrijfsarts of deskundige de werkmogelijkheden.  

6. Als werken niet mogelijk is: bespreek hoe u onderling contact houdt en op welke wijze collega’s geïnformeerd worden tijdens de afwezigheid.

7. Overweeg om binnen uw organisatie systematisch aandacht te besteden aan werken met een chronische aandoening, in de vorm van beleid waarvan voorlichting aan collega’s deel uitmaakt.

 

Uitkeringen

Als u vragen hebt over uw financiële situatie als patiënt kunt u terecht bij het UWV. Het UWV (Uitvoeringsinstituut WerknemersVerzekeringen) is de Nederlandse instantie die gaat over uitkeringen in geval van ziekten. Op de website van het UWV vindt u informatie over procedures en over de aanvraag van een uitkering bij ziekte. 

Folder met meer informatie over FitForWork

fitforwork-spreads2013-1-1.pdf
© Al het materiaal op deze website staat onder copyright en mag zonder toestemming niet gekopieerd en gebruikt worden.